Thinking before Acting: Intentions, Logic, Rational Choice Olivier Roy In dit proefschrift ontwikkel ik een theorie van beslissingen die recht doet aan het feit dat mensen toekomstgerichte intenties vormen. Tegelijkertijd maak ik gebruik van moderne theorieën van instrumentele rationaliteit en dynamisch epistemische logica. Het resultaat is een completer beeld van praktisch redeneren. Ik laat zien dat een zodanige benadering van het vraagstuk bestaande theorieën van rationeel beslissen en intenties verrijkt. Hoofdstuk 2 laat zien dat de introductie van toekomstgerichte intenties inderdaad de verklarende kracht van beslis-theoretische modellen versterkt. Met toekomstgerichte intenties verbinden agenten zich aan een bepaalde uitkomst en dit staat ons toe om genuanceerder om te gaan met op het eerste gezicht evenredig attractieve uitkomsten. Tegelijkertijd verklaren intenties beter hoe agenten hun beslissingen over tijd coördineren. Dit brengt de traditionele beslistheorie een stap verder. Hoofdstuk 3 bespreekt coördinatie tussen verschillende agenten, vooral in ``Hi-Lo games''. Ik laat zien dat intenties inderdaad helpen om coördinatie---ook tussen verschillende agenten---beter worden verankerd, op een manier die generaliseert van één naar meerdere agenten. Aan het eind van het hoofdstuk laat ik zien hoe intenties in het algemeen (niet alleen in ``Hi-Lo games'') coördinatie verankeren. Dit staat ons toe om belangrijke beweringen met betrekking tot gemeenschappelijk handelen in de filosofie te verklaren. In hoofdstuk 4 bespreek ik twee facetten van het bindende vermogen van intenties en hun invloed op praktisch redeneren: Eerst het filteren van mogelijkheden en vervolgens de focus op middelen. Ik laat zien dat beide onderwerpen kunnen worden verklaard als transformaties van beslis- en speltheoretische modellen. In de context van strategische interactie krijgen deze onderwerpen een belangrijk sociaal karakter dat nog niet eerder bestudeerd is in de filosofische theorie van actie. In hoofdstuk 5 maak ik gebruik van dynamisch epistemische logica om de ideeën uit voorgaande hoofdstukken tot één theorie te integreren. Ik laat belangrijke overeenkomsten zien tussen de rol van intenties in coördinatie en het filteren van mogelijkheden. Deze observatie leidt tot een natuurlijke generalisatie van het filterproces die rekening houdt met de informatie die agenten tot hun beschikking hebben over hun eigen en andermans intenties. Vervolgens bespreek ik hoe onder andere het filteren en de focus op middelen helpen coördinatie te verklaren en hoe ze beïnvloed worden door de bekende oplossingsconcepten. In hoofdstuk 6 neem ik een meer filosofisch perspectief en ik bespreek hoe de normen van consistentie en coherentie van intenties kunnen worden verklaard. Er bestaan twee dominante verklaringen in de hedendaagse filosofische theorie van actie: de ``cognitieve'' en de ``agency'' benadering. Ik ontwikkel een alternatieve benadering die omschreven kan worden als hybride pragmatisme en tussen de twee andere concepten geplaatst kan worden. Hybride pragmatisme is gebaseerd op het tot nu toe weinig besproken concept van ``acceptance in deliberation''. Ik beargumenteer dat hybride pragmatisme beter kan verklaren hoe toekomstgerichte intenties invloed hebben op praktisch redeneren.